Nieuw onderzoek bevestigt dat lichaamsbeweging de groei van tumoren kan remmen door de manier te veranderen waarop het lichaam glucose verwerkt, waardoor spiercellen de voorkeur krijgen boven kankercellen. Deze bevinding, aangetoond bij muizen, suggereert dat een soortgelijk effect bij mensen kan optreden, wat nog een dwingende reden biedt om prioriteit te geven aan fysieke activiteit.
De metabolische verschuiving
Uit een onderzoek onder leiding van Rachel Perry van de Yale School of Medicine blijkt dat lichaamsbeweging de metabolische concurrentie in het lichaam hervormt. Toen muizen met geïnduceerde obesitas toegang kregen tot loopwielen, ontwikkelden degenen die vrijwillig renden tumoren die 60% kleiner waren dan degenen die sedentair bleven. Deze vermindering van de tumorgrootte correleerde met een verhoogde opname van glucose en zuurstof in het spierweefsel en een verminderde opname in de tumoren zelf.
De sleutel lijkt een fundamentele verschuiving in de metabolische routes te zijn. Lichaamsbeweging veroorzaakt veranderingen in 417 genen die verband houden met het metabolisme, waardoor spiercellen efficiënter worden in het gebruik van glucose en tegelijkertijd de beschikbaarheid van glucose voor kankercellen wordt beperkt. Concreet werd het eiwit mTOR, essentieel voor de groei van kankercellen, gedownreguleerd in tumoren van sportende muizen.
Waarom dit belangrijk is
Het verband tussen lichaamsbeweging en de overleving van kanker is algemeen bekend, maar de onderliggende mechanismen zijn onduidelijk. Deze studie suggereert een directe metabolische verklaring: lichaamsbeweging creëert een meer competitieve omgeving waarin kankercellen geen essentiële brandstof meer hebben.
“Dit werk laat zien dat aerobe fitness de metabolische concurrentie tussen spieren en tumoren fundamenteel verandert”, zegt Perry.
De implicaties reiken verder dan obesitas, aangezien vergelijkbare metabolische veranderingen zijn waargenomen bij mensen die tijdens het sporten een kankerbehandeling ondergaan. Dit suggereert dat lichaamsbeweging een cruciale aanvullende therapie zou kunnen zijn, en niet alleen een voordeel voor de levensstijl.
Het grotere geheel
De studie onderstreept het belang van spiermassa bij de preventie van kanker. Personen met een lagere spiermassa lopen mogelijk een groter risico op overlijden door kanker, omdat hun lichaam minder capaciteit heeft om prioriteit te geven aan de opname van glucose in het spierweefsel. Deskundigen suggereren dat weerstandstraining, naast cardiovasculaire oefeningen, bijzonder gunstig zou kunnen zijn voor patiënten met een lage spiermassa.
De volgende stappen
Hoewel de resultaten veelbelovend zijn, benadrukken onderzoekers de noodzaak van klinische proeven bij mensen. Rob Newton van de Edith Cowan Universiteit zegt echter: “Ik zie werkelijk geen enkele reden waarom je niet een soortgelijk effect zou hebben bij mensen.”
De bevindingen verhogen ook de mogelijkheid dat metabolische veranderingen een ontbrekende schakel kunnen zijn die lichaamsbeweging, het darmmicrobioom en het immuunsysteem verbindt bij het beïnvloeden van de tumorgroei. Perry erkent dat de voordelen van lichaamsbeweging waarschijnlijk voortkomen uit meerdere op elkaar inwerkende mechanismen, en niet slechts uit één enkel traject.
Uiteindelijk versterkt dit onderzoek de argumenten om lichaamsbeweging te zien als een krachtig middel tegen kanker, in plaats van slechts een gezonde gewoonte.
